Het reserveren van een nieuwe aansluiting vergt vaak veel inspanning. Vrije vezels moeten gezocht worden en bestaande lassen en patches moeten zoveel mogelijk gebruikt worden. Daarnaast is het van belang dat de demping in de nieuwe aansluiting zo laag mogelijk blijft. Cocon geeft de mogelijkheid om tot maximaal 100 alternatieven voor een nieuwe aansluiting te laten doorrekenen en op basis hiervan een volledige reservering voor een nieuwe aansluiting vast te leggen.
De reservering kan in hoofdlijnen op drie manieren gestart worden
•U tekent een lijn met de gewenste start- en eindlocatie en eventueel een tussenlocatie en routeert op basis van de kortste afstand
Vanuit het geografisch scherm open het menu item 
en selecteer de knop 'Reserveren nieuwe aansluiting' . U klikt vervolgens eerst op de startlocatie. U kunt daarna direct naar de eindlocatie gaan en daar dubbelklikken.
U tekent hiermee eigenlijk een lijn tussen de gewenste start- en eindlocatie. U kunt eventueel ook direct in de te tekenen lijn aangeven wat een eventueel gewenste tussenlocatie is. In het volgende scherm kiest u daarop voor "Routeer op basis van afstand"
•U tekent de globale gewenste route en routeert op basis van de getekende buffer
Vanuit het geografisch scherm open het menu item en selecteer de knop 'Reserveren nieuwe aansluiting' . U klikt vervolgens eerst op de startlocatie en tekent de globale gewenste route naar de eindlocatie en daar dubbelklikken.
In het volgende scherm kiest u daarop voor "Routeer op basis van buffer"
•U voert de gewenste start- en eindlocatie zelf in en routeert op basis van de kortste afstand
Vanuit het geografisch scherm open het menu item en selecteer de knop 'Vezel routering' en wordt het volgende scherm direct getoond en dient u de gewenste start- en eindlocatie zelf in te voeren en kiest u daarop voor "Routeer op basis van afstand"
Er verschijnt nu een scherm, waarin u de volgende mogelijkheden heeft:
Start locatie/frame |
De locatie waar begonnen moet worden met de aansluiting. In de lijst worden alle mogelijke beginlocaties getoond. U kunt er een uitkiezen door op de locatie te klikken. Door te dubbelklikken in de lijst, wordt gestart vanuit het geselecteerde frame. |
Eind locatie/frame |
De locatie waar de aansluiting dient te eindigen. In de lijst worden alle mogelijke beginlocaties getoond. U kunt er een uitkiezen door op de locatie te klikken. Door te dubbelklikken in de lijst, wordt gestopt vanuit het geselecteerde frame. |
Vezeltype |
Hier geeft u aan met welk type vezel (G652, G653 of G655) de aansluiting uitgevoerd moet worden. |
Owner |
Hiermee geeft u aan van wel type netwerk (Core, Access of anders) de aansluiting moet zijn. |
Maximale zoektijd |
Hiermee geeft u aan hoelang er doorgezocht mag worden. Indien u deze tijd te kort instelt, zullen er mogelijk geen oplossingen gevonden worden, terwijl deze er wel zijn. |
Tolerantie |
Indien u kiest voor routeren op basis van een buffer (zie hieronder), kunt u hier de breedte van dat buffer in meters opgeven. |
Afstandsfactor |
De afstandsfactor bepaald hoeveel verder een eindpunt van een betrokken vezel verder weg mag liggen dan de vorige, hiermee kunt u dus in feite de maximale omweg bepalen. Voorbeeld: stel dat de lengte van de vorige vezel 100 meter is. Indien u als afstandsfactor de waarde 2 heeft opgegeven, mag het eindpunt van de huidige vezel op maximaal 2x100 = 200 meter van het eindpunt van de vorige vezel liggen. Zou de afstandsfactor 3 zijn, dan wordt die lengte 300 meter, waardoor u dus een grotere omweg toestaat. De tijd om geschikte aansluitingen te vinden neemt daardoor echter ook toe. U heeft ook de mogelijkheid om voor 'Auto' te kiezen. De afstandsfactor wordt nu afhankelijk van de afstand tussen begin en eindlocatie automatisch bepaald. |
Eindafstand |
De eindafstand bepaald hoe ver het gevonden eindpunt maximaal bij het gewenste eindpunt vandaan mag liggen. Indien u deze waarde verlaagd, is de kans op succes kleiner. |
Routeer op basis van buffer |
Indien u deze optie aanklikt, wordt er een zogenaamd buffer rondom de door u getrokken route gelegd. De breedte van dit buffer wordt bepaald door de waarde die u in het veld Tolerantie heeft ingevuld. De gevonden route zal zoveel mogelijk binnen het gedefinieerde buffer liggen. Hierbij geldt als eis dat de kabel voor minimaal de helft in het buffer moet liggen. U geeft de route zelf aan door eerst het beginpunt aan te klikken, vervolgens alle tussenliggende punten en als laatste door te dubbelklikken op het eindpunt. Er wordt bij deze methode eerst gekeken of er een rechtstreekse aansluiting mogelijk is tussen begin- en eindpunt. Indien dit zo is, wordt deze aansluiting gekozen. |
Routeer op basis van afstand via locatie |
Indien u deze optie aanklikt, wordt de kortst mogelijke route tussen begin- en eindpunt bepaald. U heeft bij deze methode nog wel de mogelijkheid om aan te geven dat de aansluiting via een bepaalde tussenlocatie moet lopen. |
Alle kabels in overweging nemen |
Alle kabels worden meegenomen in de routering inclusief no-splice lassen |
Lassen/patches belangrijker dan afstand |
Indien u dit veld aanklikt, wordt steeds bij het zoeken naar de volgende kabel in de meest gunstige aansluiting meer belang gehecht aan het feit dat de volgende kabel met de meeste lassen/patches verbonden is in plaats van de meest gunstige afstand tot het eindpunt van de volgende kabel. |
Patches tussen verschillende kasten toestaan |
Door dit veld aan te klikken geeft u aan dat patches tussen verschillende kasten op een locatie zijn toegestaan. Op deze manier worden mogelijk meer aansluitingen gevonden. |
Toekomstige lassen/patches |
Als u dit veld aanklikt worden toekomstige lassen en/of patches gewoon meegenomen bij het zoeken naar aansluitingen, als ware het huidige lassen/patches. |
Lassen/patches gereserveerd voor opheffing als huidige beschouwen |
Als u dit veld aanklikt worden voor opheffing gereserveerde lassen en/of patches gewoon meegenomen bij het zoeken naar aansluitingen, als ware het huidige lassen/patches. |
Stoppen als gewenst eindpunt bereikt is |
Hiermee geeft u aan dat het zoeken naar meer oplossingen gestopt dient te worden, zodra er één oplossing gevonden is. Dit hoeft dus niet persé de beste oplossing te zijn. |
Direct opnieuw op beginpunt starten als gewenst eindpunt bereikt is |
Hiermee geeft u aan dat er opnieuw vanaf het beginpunt gestart dient te worden, zodra het eindpunt bereikt is. |
Demping |
In het overzicht van gevonden aansluitingen, wordt ook aangegeven welke demping per aansluiting geldt. Met dit veld geeft u aan voor welke frequentie de demping berekend moet worden. |
Gebruikte kabels niet hergebruiken |
Hiermee geeft u aan dat kabels welke reeds in een eerdere route zijn gebruikt, niet meer opnieuw moeten worden gebruikt. |
Niet routeren via klantlocaties |
De routering mag niet via klantlocaties gaan. |
|
Bepaal alle mogelijke paden op basis van opgegeven parameters. Tijdens het zoeken wordt onderin het scherm aangegeven met welke locatie Cocon bezig is. Daarnaast bevindt zich een waarde welke aangeeft op welke afstand van de eindlocatie zich de huidige locatie bevindt. Indien de kleur hiervan rood is, bevindt de huidige locatie zich verder van het eindpunt dan van het beginpunt. Onder de huidige locatie wordt met een voortgangsindicator aangegeven hoever de huidige locatie zich van de eindlocatie bevindt. Deze indicator kan op een gegeven moment teruglopen, omdat een bepaalde te onderzoeken route op een gegeven moment dood loopt. Zodra er een aansluiting gevonden is welke aankomt op de gewenste en geselecteerde locatie, wordt het stoplicht |
|
Door op deze knop te klikken, wordt de zoekactie gestaakt. Alle tot dan toe gevonden aansluitingen worden getoond. |
|
Refresh het scherm en begin opnieuw. |
ververst u het buffer op het geografisch scherm, zodra u deze waarde wijzigt.
naast de eindlocatie groen. Als ook het gewenste frame bereikt wordt zal ook het stoplicht 
Zodra het zoekproces gereed is, worden de gevonden aansluitingen in de grid, rechts van het midden getoond.
In de grid staan de afstand van de gevonden eindlocatie tot de gewenste eindlocatie, de totale lengte van de aansluiting, de theoretische demping voor opgegeven frequentie, het gevonden eindpunt en het aantal te maken lassen en/of patches.
Door te klikken op een aansluiting, worden in de rechter grid het volledige pad met alle te gebruiken kabels getoond.
Door te dubbelklikken op een aansluiting wordt deze in het geografisch scherm getoond.
Als u in de rechtergrid op een kabel dubbelklikt, wordt het bezettingsoverzicht voor deze kabel getoond.
Door op de knop 
te klikken, wordt een volgend scherm getoond, met daarin de volgende mogelijkheden:
Dubbelklik in de grid met kabels |
In deze grid worden de kabels getoond, welke in de geselecteerde aansluiting voorkomen. Dubbelklik toont voor de geselecteerde kabel het bezettingsoverzicht. |
Klik in de grid met kabels |
In de rechter grid worden de vezels in de geselecteerde kabel getoond. |
Dubbelklik in de grid met vezels |
Hiermee geeft u uw voorkeur aan voor het geselecteerde vezelpaar. Deze worden aangeduid met het symbool |
|
Met deze knop kunt u (indien u geautoriseerd bent) de gegevens uit de externe tabel met lijnbenamingen refreshen. Dit wordt in principe elk uur automatisch gedaan. |
|
Zet de kleur aan of uit voor de tube- en vezelkleuren |
|
Toon het overzicht kleurbetekenis |
|
Toon eventueel aan geselecteerde regel gekoppeld kabelwerk. Indien de achtergrond van een vezel zandkleurig is, houdt dit in dat deze vezel betrokken is in een kabelwerk. |
|
Toon overzicht van de verbinding van de vezel in de geselecteerde regel |
|
Toon overzicht van de toekomstige verbinding van de vezel in de geselecteerde regel. |
|
Hiermee geeft u uw voorkeur aan voor het geselecteerde vezelpaar. Deze worden aangeduid met het symbool |
|
Bekijk alle vezels in de geselecteerde kabel (ook bereikbaar door dubbelklik in de grid met kabels) |
|
Toon de geselecteerde kabel in het geografisch scherm. |
|
Ga naar de lasgegevens van de geselecteerde locatie. Deze locatie moet dan wel als enclosure voorkomen. |
|
Ga naar patches invoeren/wijzigen, indien er patches mogelijk zijn op deze locatie. |
|
Ga naar beheren Rass-lassen, indien er Rass-lassen mogelijk zijn op deze locatie. |
|
Ga naar patcheenheid invoeren/wijzigen. |
|
Ga naar laseenheid invoeren/wijzigen. |
|
Als u dit veld aanklikt worden toekomstige lassen en/of patches gewoon meegenomen bij het zoeken naar aansluitingen, als ware het huidige lassen/patches. |
|
Als u dit veld aanklikt worden voor opheffing gereserveerde lassen en/of patches gewoon meegenomen bij het zoeken naar aansluitingen, als ware het huidige lassen/patches. |
|
Alle markeringen van voorkeurvezels worden hiermee verwijderd. |
|
In het veld naast deze knop geeft u een vezelnummer op. Als u nu op deze knop klikt, krijgen alle kabels het ingevoerde vezelnummer als voorkeurvezel. |
|
Hiermee worden alle definitieve vezels geselecteerd, waarna u de reservering definitief kunt maken. Zie verder hieronder. Met een groen vinkje |
|
Selecteer een andere route uit de lijst met gevonden routes. |
|
Refresh het scherm en begin opnieuw. |
. Dit vezelpaar zal binnen de aansluiting gebruikt worden. 
in de kolom lijnbenaming wordt aangegeven welk vezelpaar gebruikt wordt in de kabel.
Als u op de knop 
hebt geklikt, wordt bepaald welke vezels uiteindelijk gebruikt gaan worden, hierbij wordt uiteraard rekening gehouden met de eventueel opgegeven voorkeursvezels.
De voorkeursvezels worden alleen gebruikt als de betrokken kabel niet door middel van een las of een patch is verbonden met de vorige geselecteerde vezel.
Met behulp van symbolen aan de linkerkant in de grid wordt na het bepalen van de vezels aangegeven wat de situatie van de betreffende vezel is:
|
De vezel is verbonden met de vorige door middel van een las met status 'Gereserveerd' |
|
De vezel is verbonden met de vorige door middel van een las met status 'Huidig' |
|
De vezel is verbonden met de vorige door middel van een las met status 'Gereserveerd voor opheffing' |
|
Geeft aan dat vezel is afgewerkt In de onderste regel van de grid komt dit symbool ook te staan als de laatste vezel ook afgewerkt is op het eindpunt |
|
Geeft aan dat vezel is afgewerkt en dat een gereserveerde patch gegenereerd gaat worden als u de reservering vastlegt. |
Geen symbool |
Er is geen patch of las aanwezig. De aansluiting kan nog niet vastgelegd worden. U dient dit eerst in orde te maken, alvorens de reservering vast gelegd kan worden. |
Indien alle regels van de grid voor zien zijn van een van de bovenstaande symbolen, kan de reservering vastgelegd worden en wordt het scherm uitgebreid met een aantal velden, waarin u gegevens betreffende de reservering vastlegt, zoals lijnbenaming, status en projectnummer. Daarna kunt u de reservering vastleggen door op de knop 'Leg reservering vast' te klikken.
De reservering is hierna een feit en kan volledig geannuleerd worden met behulp van de annuleer functie in de functie kabelwerk.
Laatst bewerkt: 20-07-2017
|
|
© Speer IT B.V. 1999-2018 |
